woensdag, december 29, 2004

Stuk


Een vrouw uit één stuk, zegt hij.

Hij weet het nog niet, denk ik dan. Hij weet het nog niet van de verschillende stukjes. Van de gespleten delen, van de mozaïek. De uitdeinende stukjes in het ik heelal. Van de verbrokkelde staat van zijn. En de gapende gaten tussenin. Mind the gap.

Geen mens bestaat uit één stuk. Kneedbare massa van telkens weer veranderende deeltjes. Potpourri. Regenboogkleuren. Rood. Oranje. Geel. Groen. Blauw. Indigo. Violet. Van alles een beetje. Soms zijn we monochroom. Louter stralend geel. Of dartel groen. Meestal een bonte mix. Droomroze en dieptriestblauw. Of appelblauwzeegroen met een gouden randje. Of botsend oranje en rood.

En dan zijn er de verloren stukjes. Kwijtgespeeld onderweg. Weggebeten door de ijzeren tand des tijds. Ruw afgerukt. Onvermijdelijk vandalisme van de ziel. Kleurloze deeltjes. Inkleuren pakt niet meer. Grijze vlekken in de mozaïek.

De regenboog in zijn volheid krijgt men niet vaak te zien. Ook durft de samenstelling van het kleurenpallet al eens wisselen. Onderhevig aan vele factoren. De situatie. De hormoonspiegel. De stukjes van de ander. En God weet enkel welke dingen nog.

Ik antwoord niet. Zijn blik weerspiegelt enkel kleur. Warmgeel en vuurrood vooral. Ik glimlach en kus hem terug. In oudroze.

maandag, december 27, 2004

Vreselijk relatief


Twee Belgen zijn omgekomen in Thailand. Vreselijk.
Meer dan twintigduizend mensen kwamen om tijdens de recente aardbevingen in Zuid-Oost-Azië. Vreselijk.
Tienduizend mensen sterven aan de gevolgen van AIDS. Elke dag. Vreselijk.

zaterdag, december 25, 2004

Zij


Ze had me aangekeken. Haar ogen groen, 'groene ogen heb ik', had ze gezegd toen ik haar complimenteerde met haar bij-haar-ogen-passend-blauwe blouse. Ik zat in de zetel en hield haar hand vast. Als geliefden. Haar huid zacht en koud. Dat dat altijd zo was, had ze gezegd, ze had verteld van die keer in de zomer dat iemand haar had opgezocht om verkoeling te vinden. Zij als koelpaal. Moeilijk voor te stellen. Maar dat dat vanbinnen niet het geval was natuurlijk. Daar had ze het steeds warm. Dat wist ik, van dat warme hart van haar. Waarvan de dokter onlangs had gezegd dat het te groot was. Het onvermijdelijk sleet van vele lange dagen. Alsof dat nieuws was. Van het goud en de peperkoek had hij niets vermeld.

Ik ging als eerste slapen. Wou een paar stille momenten in mijn kamer van weleer. Op vakantie in mijn eigen verleden. Ik kuste haar en kneep tergend in haar lange oorlel. Nu kon ik nog.

dinsdag, december 21, 2004

Enkel dit


Drie keien en wat zand
tussen mijn tenen
net genoeg voor
het bouwen van een kasteel
en dan kijken hoe het tij
nader komt

maandag, december 13, 2004

Ik ga digitaal


De ene dag is de andere niet. Ze komen in verschillende kleuren, lengten en gewicht. Ze komen op je af, onvoorspelbaar als lottoballetjes. Je kan enkel aannemen, de arm langzaam van links naar rechts bewegen, de arm fier op borsthoogte, het balletje wegleggen en op naar de volgende. Zoals de lottoballenjuffrouw – of hoe heet zo iets – altijd netjes deed, toen ik op zaterdag met verse pijama en nat haar nog T.V. keek. Balletje na balletje, deed ze dat. Met steeds dezelfde strakke glimlach.

Maar sommige dagen doen het lachen vergaan. Dan vertrek je liefst zo snel mogelijk, langs de achterdeur en op kousevoeten. Of er hangt een geurtje aan. Andere zijn zo zwaar dat er haast geen beweging in te krijgen valt.

Maar er zijn dagen bezet met diamantjes. Rondom rond. Schitterende lichtpuntjes. Sterrenregen. Oogverblindend en zinnenstrelend. Stralend voorbij de geijkte contouren. Zelfs de tanden van de lottoballenjuffrouw gaan bloot.

Maar het levensschip vaart voort en bij het omkijken worden de lichtjes steeds kleiner. En de tijd komt onherroepelijk dat ze aan de blik worden onttrokken.

Mijn ziel geef ik de duivel om mijn lijf te digitaliseren. Mijn ogen. Vel. Gehoor. Alles op DVD! Zodat ik straks in het bejaardentehuis, als het leven geleefd is, in het bijzijn van mijn Parkinsontremor, valse tanden en looprekje het DVDtje ‘December 2004’ kan bovenhalen.

zaterdag, december 04, 2004

Haast


we lopen samen door de stad
en ik, ik kan niet wachten
tot ik straks alleen zal zijn
met jou in mijn gedachten

vrijdag, december 03, 2004

Over wat Murakami met mij doet


Dernièrement, j'ai eu des difficultés à vivre dans la réalité. Ca peut ou ne peut pas te paraître étrange, mais c'était comme ça, c'était ma réalité personelle. Pour te rassurer, je n'ai pas eu des hallucinations, ni d'autres formes d'illusions sous forme de petits nains ou des petits hommes verts de Mars. Non, rien de si spectaculaire. Dans un état permanent de rêve vague j'étais. Tout a fait concentrée sur la partie surréel et sensible du moi. Comme si j'étais entourée d'un cocon, qui bloquait tous les canaux liés à l'extérieur et qui donnait toute liberté et espace à cette partie de s'étaler en toute gloire. Ca peut te paraître un drôle d'état d'être et beaucoup de personnes, j'en suis sûre, me donneraient des milliers de conseils pour me "guérir"(« sort et forces-toi de voir des gens » « regarde la télé » « fais des sports ») mais, en faite ça me plaisait, cet état. Ca donnait une tranquillité et une sérénité énorme qui était comme une drogue. Entre-temps je suis retournée dans la réalité, malheureusement...

Les causes de cet état, je crois, étaient variées. La pleine lune peut-être. La chaleur qui empêchait un sommeil normal. Mais surtout, le livre dans lequel je vivais (« The Wind-up Bird Chronicle » de Haruki Murakami -- original en Japonais). Oui, vivre plutôt que lire. Bouleversant. Le bizarre rendu normale, sans être new-age, allant plus au fond des choses que l’on avait pu croire. Si tu ne connais pas ce livre, arrête-toi là, annule tous tes rendez-vous et dépêche-toi au magasin de livres subito presto et achète-le! J'ai l'impression que tu ne vas pas le regretter.

Dit komt uit een brief die ik schreef aan een vriend tijdens de zomer van 2003. In het Frans omdat hij Fransman is en ik te lui om het te vertalen. Maar ik wou dit toch met u delen, nadat hij mij voor was geweest. En begin niet te mekkeren over fouten tegen de Franse taal, mijn vriend had de boodschap zeer goed begrepen.