maandag, mei 29, 2006

Zo


‘Ik ben zo niet’, had ik gezegd.

We liepen langs de mediterrane kust, de zon op haar laatste benen. Het was een weerzien van oude bekenden. Een gesprek als de korte samenvatting van het afgelopen leven.

Ook de liefde passeerde de revue, daar bij die langzaam verdwijnende zon. Natuurlijk passeerde de liefde de revue. Dat eeuwig boeiende onderwerp. Dankbaar ook. Iedereen heeft steeds wel een mening, een goede raad, een gratis analyse. Ook al heeft niemand een flauw benul. Maar misschien, weet je. Waarschijnlijk is het. Of wellicht komt het omdat.

Hij suggereerde me een meer liberale houding aan te nemen in de liefde. Wat rondkijken hier en daar. Snuisteren in de winkel van de liefde. In het rek ‘nieuwe collectie’ sneller iets uitkiezen, aanpassen en kijken of het mij stond. En terughangen zo het kleedje knelde.

‘Ik ben zo niet’, zei ik dus.

‘Ach’, was zijn laconieke antwoord, ‘mensen zijn zoveel niet’. Wat volgde was een verhaal over hoe hij, nu een zeer sociaal iemand, tijdens zijn studententijd niets dan een computer nodig had gehad. Verstoken was geweest van sociaal contact. Ik kon het me haast niet voorstellen. Deze praatvaar? Deze humorist? Deze zeer onderhoudende causeur?

Nu, een maand later speelt deze zin nog steeds door mijn hoofd. Hoe 'zo' is een mens?

Niet dat ik ondertussen aan het shoppen ben gegaan.