woensdag, september 01, 2004

Tunnelkijken


Af en toe overvalt me het gevoel dat het leven te kort is om het niet op een of andere manier proberen vast te leggen. Op het geheugen kan men niet steeds rekenen. Soms wil ik vasthouden met woorden, maar sinds kort wandel ik regelmatig door de straten van mijn stad met mijn geleende Nikon F-601. Tussen de andere toeristen val ik niet op. Ik kijk, richt en schiet. Experimenteer met sluitertijden en afwijkende kadrering. Alhoewel. Vaak ook richt ik en schiet ik niet. Omdat het beeld in het rechthoekje ineens banaal lijkt, de pellicule niet waard.

Ik beeld me in dat Henri Cartier-Bresson me vandaag vergezeld zou hebben. Wat zou hij gezien hebben? Vast en zeker de wolkenhemel deze middag. Belgisch grijs boven helderwit boven dreigend donker boven azuurblauwe oneindigheid. Misschien ook had hij haar gezicht gevangen toen ze verlegen opzij keek omdat ze ondanks haar armoede niet in staat bleek steeds weer Belgische puree te eten. Of het hare, rood van de inspanning, trots als een pauw na haar eerste rondje joggen te midden van het nazomergroen van het bos. Hij had zeker het verblindend licht gezien toen ik richting ondergaande zon reed in de stortbui. Maar wat nog meer?

Ik klik me regelmatig suf in foto-logs van bekende en onbekende fotografen. Er zitten pareltjes tussen. Hoe doen ze het, vraag ik me af? We wonen allen in dezelfde realiteit. Toch kijken we anders. Zou de jarenlange oefening ervoor gezorgd hebben dat ze permanent slechts een rechthoekje van de realiteit opnemen? Een soort constante kadrering, een rechthoekig tunnelzicht? Kijken ze sneller, in meer beelden per seconde? Of is het vooral de kunst van het wissen, weg te laten wat lelijk maakt?

Gisteren ving ik de gezelligheid van het feestje bij kaarslicht met mijn camera. Gedurende de sluitertijd van vier belachelijk lange seconden kregen zowel fotograaf als model de slappe lach. Ik ben er zeker van dat de foto de sfeer van de avond zal uitstralen, al zal dat eerder aan mijn herinneringen dan aan de foto zelf liggen. Misschien kan ik toch meer op het geheugen rekenen dan ik dacht.